Wintertaart met anijsroom

Wintertaart met anijsroom
 

Het is nog maar een paar uur geleden dat 2014 feestelijk werd afgesloten en het nieuwe jaar nog feestelijker werd ingeluid. En ja het is een cliché, maar jeetje wat gaat de tijd toch snel: de afgelopen 365 dagen zijn echt in een oogwenk voorbij gegaan.

Omdat het vandaag 1 januari is wil ik jullie (en jullie geliefden) allereerst een heel gelukkig, gezond en liefdevol 2015 toewensen. Daarnaast wil ik ook even zeggen dat ik jullie ontzettend dankbaar ben dat jullie mijn blog lezen. Na ruim twee jaar bloggen werk ik er nog steeds met heel veel plezier aan en vind ik het fantastisch om jullie reacties en Facebook berichten te lezen. Bij deze wil ik dan ook graag samen met jullie proosten op een nieuw verrukkelijk jaar. Net zoals afgelopen jaar is ook dit jaar mijn motto ‘geniet, maar eet met mate’.

Dus ook als één van je goede voornemens is om gezonder te gaan eten (en misschien zelfs een paar kilootjes kwijt te raken), dan hoop ik je alsnog vaak welkom te mogen heten op mijn blog. En nu over tot de orde van de dag. Omdat afgelopen weekend Koning Winter even met zijn scepter over ons land zwaaide, wordt mijn eerste baksel van dit nieuwe jaar een echt winterbaksel: een wintertaart met anijsroom. En het is echt een fantastische taart. De vele specerijen die in het deeg verwerkt zijn geven de taart een verrukkelijk aroma en de appels en gedroogde vruchten zorgen voor een heerlijke smaak. Omdat ik een groot liefhebber ben van anijs, mocht bij mij een flinke klodder anijsroom niet ontbreken, maar ook met een dot gewone slagroom smaakt de taart geweldig. Geniet er van!

Tip: de taart wordt lekkerder naarmate je hem langer laat staan.


Ingrediënten

  • 160 g roomboter
  • 140 g witte basterdsuiker
  • 300 g bloem, gezeefd
  • 1 ei (L)
  • 1 tl gemalen kaneel
  • 2 tl gemalen anijszaad + extra voor de anijsroom
  • ½ tl gemalen nootmuskaat
  • ½ tl gemalen zwarte peper
  • ½ tl gemalen kruidnagel
  • 1 tl gemalen gember
  • snufje zout
  • 1 kilo goudrenetten
  • 250 g tutti frutti
  • 75 g kristalsuiker + 2 eetlepels
  • paneermeel
  • 3 volle eetlepels abrikozenjam
  • 2 el bruine rum
  • 250 ml slagroom

Extra nodig
Springvorm van 23 centimeter doorsnee, bakpapier, huishoudfolie, mixer met deeghaken
Tijd (ongeveer)
30 minuten bereiding, 50 minuten oven, 1 nacht wachten

Werkwijze

  • Kneed met de mixer met deeghaken de boter met de witte basterdsuiker, de bloem, het ei, de specerijen en het zout tot een deeg.
  • Kneed het daarna met de hand nog even kort door tot een soepel deeg.
  • Rol het deeg tot een bal, verpak deze in huishoudfolie en laat het 1 nacht rusten in de koelkast. Het specerijenaroma krijgt zo goed de tijd om in het deeg te trekken.


  • Verwarm de oven voor op 180° (boven- en onderwarmte). Leg een vel bakpapier op de bodem van de springvorm en sluit de vorm. Vet de rand van de springvorm aan de binnenzijde in.
  • Haal het deeg uit de koelkast en kneed het even door.
  • Rol het deeg uit tot een ronde deeglap en bekleed er de bodem en de rand van de vorm mee.
  • Schil de appels en verwijder de klokhuizen.
  • Snijd de appel en tutti frutti in stukjes. Schep ze in een kom om met 75 g kristalsuiker.
  • Bestrooi de taartbodem met wat paneermeel.
  • Schep de appelvulling in de vorm.
  • Druk het deeg tot de vulling terug en bak de taart in het midden van de voorverwarmde oven in ongeveer 50 minuten goudbruin en gaar.
  • Verwarm in een steelpan op laag vuur de abrikozenjam met de rum.
  • Wrijf de jam door een zeef en bestrijk de warme taart ermee.
  • Laat de taart in de vorm helemaal afkoelen.
  • Klop de slagroom stijf met 2 eetlepels kristalsuiker en voeg naar eigen smaak gemalen anijszaad toe.







 

Bron recept: dit recept komt uit het ge-wel-di-ge boek Appeltaart van Janneke Philippi.

Reacties